dinsdag 6 oktober 2015

Tempo

Inleiding bij de Tao-Zen-zaterdaggroep, 3 oktober 2015

Na een lange werkdag, snelle hap in de toko en avondje huiskamerzen, loop ik naar huis, een wandeling van ongeveer veertig minuten en een aangewezen gelegenheid om mijn aandacht bij het lopen te houden. Maar ik wil heel graag iets eerder thuis zijn en merk dat ik het tempo opschroef.
Op dat moment realiseer ik mij weer hoe ik mijn natuurlijke tempo niet weet. Is dat eigenlijk ooit wel het geval geweest, vraag ik me af? Als baby en kruipende dreumes heeft mijn lichaam het waarschijnlijk wel geweten maar, zoals bekend, leert een mens, een lichaam, zich razendsnel aanpassen aan het tempo van ouders, dagelijks ritme, normen van de samenleving waarin je leeft, met andere woorden: aan de verwachtingen van anderen en later ook aan de, al dan niet onrealistische, verwachtingen van jezelf.

Zo zit ik bijvoorbeeld bijna nooit in een auto, laat staan op de snelweg, maar die paar keer per jaar dat het wel gebeurt, is er altijd een moment waarop ik bewust word van de spanning die zo'n ritje in mij teweegbrengt. Zo’n autorit is overduidelijk niet de voorkeur van voortbewegen van mijn lichaam en ziel. Ook al zit ik in schijnbaar relatieve rust en veiligheid in mijn persoonlijke of gedeelde bubbel, met zakje drop en muziek van eigen keuze, de snelweg voelt als georganiseerd geweld: lawaai, agressie, intolerantie, overlevingsdrift; het is elke keer weer een opluchting om er vanaf te zijn. Het herstel kost tijd.

woensdag 5 augustus 2015

Zitten


Ik ben gaan zitten
om te luisteren
naar de geluiden
te horen hoe
stil het is

ik ben gaan zitten
om mijn honger naar indrukken
te stillen
mijn volledigheid
te ervaren

ik ben gaan zitten
roerloos
om te zien wat mij beweegt
om mij te laten
ontroeren

ik ben gaan zitten
opzettelijk
om mijzelf niet te dwingen
mijn adem vrij
te laten gaan

ik ben gaan zitten
om mijn bestaan te beamen
en mijzelf te vergeten
te herinneren
niets te zijn

dan liefde.



Jet Leopold



Met toestemming van Jet Leopold overgenomen uit de invitatie voor haar Tao-zen oefengroep in het komende seizoen: zie taozen.nl/oefengroepen


dinsdag 4 augustus 2015

Het gesprek

Inleiding in de groep taozen-oefenen van zaterdag 6 juni 2015

Het gesprek wordt wel als het moeilijkste onderdeel van ons oefenprogramma beschouwd. Moeilijk, omdat we het spreken zo gewoon zijn en het vaak vanuit conventies gebeurt. Bijvoorbeeld: je vindt dat je op een gegeven moment iets moet zeggen, terwijl je feitelijk niets te zeggen hebt of gewoon wilt zwijgen. Ergens in je spreekt dus een conventie.

Tijdens de vijfdaagse sessie van december 1987 hield Maarten ons voor dat we in het gesprek (ik citeer)
moeten proberen de woorden van degene die wat zegt te horen en als wij in onszelf een antwoord voelen opkomen of een vraag, dan te horen wat we zelf zeggen.
Daarmee verwees Maarten naar onze houding tijdens het zitten en de lichaamsoefeningen.

Kunnen we blijven luisteren?
Tijdens het zitten luister je en let je op het ritme van de adem. Tijdens de lichaamsoefeningen doe je feitelijk hetzelfde; de begeleider van de oefeningen vraagt je iets te doen en tijdens de beweging observeer je wat er gebeurt, samen met je adem, gedachten en gevoelens. En van daaruit gebeurt er iets.

Zo ook tijdens het gesprek. Ik citeer Maarten weer:
Alleen jijzelf kan opmerken of je, tijdens het gesprek, (slechts) een bekende formule opnieuw ten tonele brengt.
Het gesprek, aldus Maarten,
is een exploratie, een ontginning van waar je je bevindt in het gesprek en wat de woorden in je aanraken. Dan vervalt de hele toestand leraar-leerling, dan gaat het alleen maar om het contact. En daaruit komt iets voort. We zijn niet meer op iets uit, onze belangstelling is over en weer.

Rien Heukelom 

donderdag 16 juli 2015

Cape Coincidence

“I don't think that anything happens by coincidence... No one is here by accident... Everyone who crosses our path has a message for us. Otherwise they would have taken another path, or left earlier or later. The fact that these people are here means that they are here for some reason...”
James Redfield, 'The Celestine Prophecy'
Velen zullen zich met mij gelukkig prijzen dat ze Maarten Houtman in hun leven tegengekomen zijn. Voor mij is het een ontmoeting die mijn leven op z'n kop zette – iets wat ik, toen ik hem leerde kennen, meer dan wat ook nodig had. En zijn aanwezigheid doet zich nog steeds voelen...

Dan kun je erover filosoferen waarom dat geluk jou ten deel gevallen is, en niet je buurman die al veel langer op zoek was.
Carl Gustav Jung spreekt in dit verband over synchroniciteit: “Het samenkomen van innerlijke en uiterlijke gebeurtenissen op een manier die niet kan worden verklaard door oorzaak en gevolg en die zinvol is voor de waarnemer.” Het zijn dus betekenisvolle coïncidenties.

Zo'n coïncidentie leek er ook te zijn toen een prominent beeld van Hanna Mobach, de 'Cape', een nieuwe plek kreeg in het Krommerijnpark in Utrecht. De onthulling vond op 30 juni j.l. plaats – op een steenworp afstand van het Wilhelminapark, waar dertig jaar eerder door Maarten en enkele pioniers bij de notaris de stichting 'Zen als Leefwijze' werd opgericht.
Althans, voor mij was dit een bijzondere samenloop.

vrijdag 5 juni 2015

Sprong in het Onbekende

Museo Archeologico di Paestum - Tombe van de Duiker, de gaafste fresco's uit de Griekse oudheid.
[klik om te vergroten]

Paestum - door de Grieken 'Poseidonia' genoemd - is gelegen aan de rand van een enorm opgravingsgebied, met de drie best bewaarde Griekse tempels van Italië. Veel van wat er gevonden is, wordt bewaard in het Archeologisch Museum.
Toen ik daar afgelopen mei de zaal op het bovenstaand panorama betrad, werd ik getroffen door de werking die van het verstilde tableau met 'De duiker' uitgaat.

Drie van de vier in de 'Tombe van de Duiker' gevonden tableau's laten scenes zien van een symposion, een viering in de mannenvertrekken, met zuiveringsriten, drank en muziek, waar ook de overledene aanzit.
De vierde is het fresco van 'De duiker', die het plafond van het graf vormde.
Het toont een menselijke figuur die, dynamisch maar eenzaam, tussen hemel en aarde zweeft, temidden van een landschap van kosmische dimensies: achter hem rijzen de Zuilen van Hercules, de grens van de bekende wereld; beneden wacht de Oerzee, die hem straks zal opnemen.
De figuur van 'De duiker' staat symbool voor de reis van de ziel door het Onbekende, voorbij alle plaats en tijd. De geleerden zijn het erover eens dat de symboliek van het tafereel de opstandings-gedachte van de Pythagoreeërs ademt.
Tombe van de Duiker - Paestum (Z-Italië), 480 v.C.
[klik om te vergroten]

maandag 2 maart 2015

Kamer 7

Wat doe je als de bodem onder je wegvalt,
als je allerliefste ernstig ziek wordt?
Je raakt in paniek en constateert hoe sterk je bent,
dat je inderdaad de spreekwoordelijke auto zou kunnen optillen
als je kind eronder lag.

En dan ga je het soort leven leiden, dat je altijd
hebt nagestreefd,
alleen wil je het nu niet meer,
elk moment vluchtig delicaat
als wilde aardbeien op een strohalm geregen.

Goeie en slechte momenten;
je bekommert je niet om het verleden en de toekomst …
daar denk je niet aan.
Hij leeft. Jij leeft.

Elke schemering loop je vastberaden,
op tenen gelaarsd en voelbaar de welbekende weg
naar het ziekenhuis;
het licht neemt dagelijks toe,
soms wind, soms regen
soms wind en regen
en je neemt de trap naar de zesde verdieping,
honderdtwintig treden,
niet wetend hoe je hem gaat aantreffen.

Dan zit je naast hem in zijn kamer,
hij ziet er elke dag anders uit op de witte kussens,
een mooie man, levende vanitas.

Een zwerm van zwarte vogels – ik weet de soort niet, hij wel –
nadert vanuit de richting van de Rembrandttoren,
en op de buis drie Nederlanders op de medailletribune in Sotsji,
waar Pussy Riot elke dag gearresteerd wordt.

Zijn eten wordt binnengebracht door een aardige dikke
moslimvrouw met hoofddoek,
een zuster komt binnen met medicijnen.
Ik kijk hem in zijn ogen, groter
en opener dan ooit tevoren,
een glimlach gedeeld.

Je ervaart nu – eindelijk en in een rotsituatie –
het pure leven.
En iedereen weet het, in theorie tenminste,
of je ooit een minuut op een meditatiekussen hebt gezeten of niet.
Je hebt het talloze keren gehoord en gelezen, hoe
intens het leven, het genieten, wordt als de illusie van zekerheid wordt afgerukt
als zoveel sluiers van het mooi gezicht van een Byzantijnse slavenmeid.

Zo wordt het leven heel simpel:
je verricht de nodige handelingen, thuis en op je werk,
aanwezig in de minuten van de voortschrijdende dag.
Bij je geliefde ben je
in contact met het onnoembare,
eeuwige thuisland.


Lene Gravesen, 20 februari 2014

dinsdag 10 februari 2015

Denkend aan Maarten

Ik zal het nooit vergeten, die eerste zaterdag van februari 2011. Maarten was op 5 januari overleden, dat wist ik wel, maar ik was niet bij de uitvaart aanwezig geweest. Ik zat al jaren bij Maarten maar was als “laatkomer” binnengekomen, zat niet bij de inner circle van mensen die hem al dertig jaar persoonlijk kenden en van alles met hem samen hadden doorgemaakt. Hoewel ik een paar gesprekken met Maarten had gehad, had ik niet het gevoel dat wij elkaar echt kenden. Ik beschouwde hem als mijn leraar, dat zeker, en had als zodanig natuurlijk wel kunnen gaan.

Hoe dan ook, ik ging op die betreffende zaterdagochtend in februari hiernaartoe in de zekere veronderstelling dat die ochtend gewijd zou worden aan herinneringen aan Maarten, dat er uitgebreid stil gestaan zou worden bij zijn overlijden.
Ik had het fout. Rien deed de mededeling dat Maarten overleden was, een paar mensen wisten het niet en schrokken van het bericht, en daarna gingen we zoals gebruikelijk zitten. Dat was het? Ik kon het niet geloven. Mijn hoofd explodeerde. Eerst in een soort van innerlijke woedeaanval. Wat een armoe, dacht ik. Zijn wij met z’n allen werkelijk niet in staat om hier iets moois, iets plechtigs van te maken? Waarom zegt niemand wat? Niet dat Rien dat had hoeven doen hoor, we runnen tenslotte met z’n allen deze club en iedereen had een paar woorden kunnen zeggen als de innerlijke noodzaak of behoefte er was geweest. Ikzelf bijvoorbeeld. Maar ook ik hield mijn mond en zat in stilte te koken. Na een tijdje dacht ik: dan maar zelf iets doen, dan maar op z’n Tibetaans. Bij de Tibetanen aan de Brouwersgracht was ik jarenlang vreemdgegaan en nu ging ik datgene toepassen, wat ik eigenlijk nooit goed had gevonden, laat staan gekund, namelijk de kleurrijke visualisatie-techniek.